Een week meereizen met mn broertje Bob,

Het had wat voeten in de aarde voordat we de beslissing namen samen een weekje te gaan zeilen, want hoe doe je dat als ik niet hoor wat er moet gebeuren en reizen als je te weinig verstaat. Een goede voorbereiding is het halve werk. Een simpele reis met vliegtuig en 1 aansluitende trein met een haven aan het station moest kunnen en Bob verdiepte zich in een gebarenboek. Dat er ineens een stuk spoor uit lag op de heenweg en er tussendoor gebust moest worden en op de terugweg ineens een trein verwisseld moest worden bleek allemaal overkomelijk. Dat we de laatste jaren niet langer dan een middag of avond samen opgetrokken hebben en nu een week lang 24 uur per dag op een boot zaten was een dubbele uitdaging.

In Karlskrona stapte ik pal voor z’n neus uit de trein, prachtig weer, lekker onthaal met smörrebröd. Karlskrona is een mooi stadje dus ’s avonds op pad en onze eerste spraakverwarring. ‘Zullen we naar het centrum?’ ‘ Nee ik wil niet slenteren, gewoon doorlopen’. 

Ondanks de vermoeiende reis besloten we de volgende dag gewoon te vertrekken. Veel te warm om in de haven te liggen en rond te lopen. Wel inkopen doen en even langs de apotheek omdat broerlief koffiedik over z’n hand kreeg. Zag er beroerd uit maar het verdovende zalfje hielp wonderbaarlijk. Heerlijk rustig kachelen op de motor tussen de scheren. Een lage brug ( het leek echt of de mast er zo afgevaren werd )en smalle doorgangen. Bob keek bijna scheel met een oog op de dieptemeter en eentje op de uitgezette koers. Een heel mooie en relaxte tocht die eindigde in Sandhamn net om de hoek aan de oostkust van Zweden. Leuk haventje met een allervriendelijkste havenmeester en een echt havenkroegje. Zoals op veel kleine havens ontvingen ze ook campers. De visserskotten werden verbouwd tot vakantiehuisjes ( te gekke plek voor wie eens wil) en ook hier deden de Polen daarbij goede dienst.

Na dit kalme dagje werd het tijd voor wat meer spanning. De wind trok aan. Op naar Öland. Zwemvasten aan, strak aan de wind in een flinke vaart maar met een vervelende golfslag. Op zeeziekte was ik voorbereid na de nodige ervaringen en had tijdig een pil op. Dat ging maar na een uurtje werd ik gaandeweg brak. Het werd lunchtijd maar dat moest Bob regelen want de kajuit in was geen optie. Ik knabbelde wat aan een appeltje.  Na 3 uur werd het tijd voor een tweede pil. Die had geen tijd meer om z’n werk te doen. Werd nog even getipt om over te schakelen naar de lage kant, bleef de boot schoon.  Brak was ik vaker, nog nooit gekotst tijdens een zeiltocht. Was na de lange tocht toch wel blij dat we in Grünhägen aan wal lagen al was het laatste stuk wat kalmer. En heel goed geslapen!!
De bedoeling was heen en weer tussen het vaste land en het eiland maar de havens aan land hadden alleen boeien en daar hadden we geen ervaring mee en spullen voor. Dus werd het Mörbylänga op Öland. Leuk klein plaatsje. De havenmeester zei dat er de volgende 2 dagen een echt jaarfeest was met producten uit de buurt en dat we beslist moeten gaan kijken. Ze was niet de enige met dat advies. Men leek gewoon opgewonden over wat komen ging. Rond de haven werd er vanalles in stelling gebracht. Roodwitte linten voor een stuk waar landbouwmachines kwamen, een podium voor huldiging. Leegstaande pakhuizen deden dienst als activiteitenruimten. We hebben er heerlijk gezwommen en ieder voor zich een eind gelopen. En ik heb voor de tweede keer gekookt, krijg ik thuis nauwelijks de kans voor :-).

De volgende dag startte alles al vlot, een leuke markt waar we wat inkopen deden en een rommelmarkt. De gemoedelijke feestelijke sfeer hebben we een tijdje opgesnoven en een soort kipburger gegeten van de plaatselijke kippenfarm. Daarna  zouden we vanwege weinig wind de oversteek op de motor naar Kalmar doen. Dat werd toch nog een lekker stukje zeilen toen de wind aantrok.  Kalmar is groot, een drukke haven met veel boeien en een zeilshop waar je zo’n mooie boeienhaak kunt kopen en boeken over de scherenkust. Maar ja, eerst aan wal zien te komen. De havenmeester kwam ons al in een bootje tegemoet en wees op een mooie boei.  Toen Bob aangaf daar geen ervaring mee te hebben werden we naar een plek geloodst pal voor de kroeg. Mooier konden we het niet hebben. Na z’n zakken leeggeschut te hebben had Bob in een mum van tijd een boeienhaak + demo en een dik  Zweeds boek over de scheren tot Stockholm.  Niet alleen wij vonden het plekje bij de kroeg prima, ’s avonds zagen we een egel z’n ronde maken langs de rand van het terras waar vast kruimels heen geveegd waren. Geen bomen, geen bladerenhopen, geen egel omgeving maar onder het terras een prima schuilplaats en iedere avond voedsel voor de deur.
Het aanvankelijke plan om een dag in Kalmar te blijven en een vlieger te kopen ( wil ik altijd nog eens doen) schoven we opzij. Echt veel te heet. De scheren waren een uitstekend alternatief. Het werd flink kruisen wat me  weer het echte zeilmaat gevoel gaf. Werk aan de winkel. Het was rustig water maar de Swinde gaat dan aan de wind als een speer. Bob had net aangegeven zo overstag te moeten toen ik ineens iets ondefinieerbaars uit het water zag steken. De kont van een grote vogel?? Het beweegt niet en ineens kwam het besef… we moeten overstag vanwege alle ondiepten en onder water zit hier steen. BOB EEN ROTS!!! Te laat, hij kon geen kant meer op en we voeren vlak langszij en ineens zag ik het. Onverstoorbaar lag een zeehond daar met z’n ogen dicht, zn neus in de zon, zn lippen leken getuit. Geen enkele beweging. We kruisten er precies omheen met de adrenaline tot in onze kruin. De eerste en enige zeehond die ik hier zag heeft me de stuipen op het lijf gejaagd en Bob ook.  We vonden de ingang voor een mooie ankerplek in de scheren maar dat betekende wel bijna een uur rustig en beheerst op de motor tuffen. Eerst liggen ze onder water, dan zie je het er ook boven. Ik stond het laatste stuk voorop om te zien of het goed ging maar het water was te donker.  We kwamen op een mooie stille plek en waren rozig van de wind en de lange tocht. Het was zo stil dat het voor mij optimaal was om te verstaan. Terwijl de zon onderging hebben we gepraat over de gevolgen ervan die Bob ook ervaren had. Niet even snel sparren, niet lachend iets vertellen, altijd rustig praten omdat te veel emotie het onverstaanbaar maakt. Ik ben er al wel aan gewend maar ook voor de ander is dat een beperking of verlies zo je wil. We hebben de zon onder zien gaan, het was een geweldig mooie avond.
En zo kwam de laatste tocht aan bod. Op naar Oskarshamn. Eerst weer uit de scheren scharrelen. De wind was gedraaid, veel was het niet.  Het was echt bloedheet dus Bob zetten z’n tentje over de giek wat een beetje schaduw gaf en lekker doorblies. Aan het roer verbrandde je makkelijk. Toch een tijdje de Genua gezet en gedobberd. Op het water is het beter dan in de haven. Daar werden we opgewacht door een overduidelijk zwangere havenmeester die ons na wat geharrewar een prima plek wees en vriendelijk hielp met afmeren. Aardige mensen die Zweden en heel wat minder terughoudend dan ik zo’n 15 jaar geleden wel in het binnenland heb meegemaakt.  Met een ijsje en biertje sloten we de zeiltocht af.  Lopens Oskarsmamn nog even verkend met op de rotsen nog een straatje met oude vissershuisjes in allerlei kleuren. De bus vertrok de volgende dag vlakbij, naar het station Kalmar.
Het was een fantastische week. Echt het gevoel gehad weer eens gezeild te hebben  en er gaandeweg weer een beetje   in thuis geraakt. Het gevoel van Scandinavie weer geproefd. De rust, de basic maar mooie vormgegeven huizen, de kleuren, geen bombarie, geen drukte, geen geschreeuw. En dan wij tweeën op die boot. Dat was even zoeken en voegen maar ging uitstekend. Af en toe even je eigen gang op een wandeling, ruimte geven voor elkaars behoeften. De gedeelde ervaringen met een beperking, grenzen moeten stellen maar jezelf ook uit willen dagen geeft herkenning en openheid. En daar bovenop hebben we gewoon een sterke familieband. We flikken het dan toch maar mooi, na al die jaren een week samen met een fantastische ervaring tijdens Bobs reis.




De scherenkust

De scherenkust,veel over gehoord en naar uit gekeken, de scheren. Ik vaar er nu een dikke week rond en het is hier fenomenaal mooi. Voor wie het niets zegt;
Scherenkust is de benaming voor kustgebieden met ondiep en vaak brak water en talrijke, meestal kleine rotsachtige eilanden, scheren genoemd.
De eilandjes zijn geboetseerd door de gletsjers tijdens de ijstijden. Na het afsmelten van de ijskap zijn de kustgebieden gaan stijgen en kwamen de eilandjes boven het wateroppervlak. Dit verklaart hun gepolijste, afgeronde vorm. Skandinavië en Canada zijn de belangrijkste gebieden waar deze voorkomen.
Ze zijn een perfect gebied om te ankeren omdat er altijd wel een inham te vinden is die beschutting geeft tegen wind en golven. Tot zover woorden, hierbij de eerste foto's;